De Cameron Highlands is een bergachtig gebied dat door de Engelsen sinds 1930 populair is vanwege het feit dat de temperaturen hier een stuk lager liggen dan in de lagergelegen delen van Maleisië. De temperatuur is overdag gemiddeld niet hoger dan 25 graden. Toen wij hier waren was het bij vlagen wat koeler en we hebben onze fleecetruien dan ook weer aangehad 😉
In de Cameron Highlands, wat bestaat uit meerdere dorpen, wonen volgens wikipedia zo’n 34.000 mensen. Blijkbaar is het dorp waar wij zitten, Tanah Rata, nogal toeristisch want er is een Starbucks te vinden. Een handige plek om met de koelere temperaturen hier een warme chocolademelk te gaan drinken.
Aan de auto’s is goed te zien dat het hier bergachtig gebied is. Er rijden ontzettend veel Landrover Defenders rond, in zeer verschillende staat, variërend van gloednieuw tot ‘hij rijdt nog net’.
Dinsdag 27 september 2011







Woensdag 28 september 2011
In de Cameron Highlands is een uitgebreide theeplantage, BOH. We kunnen genieten van het mooie uitzicht op de theevelden als we een halve-dagtoer doen vanuit ons guest house. De eerste stop is namelijk bij de theevelden. De gids laat ons een stukje lopen over de weg zodat we uitgebreid foto’s kunnen maken van dit mooie groene uitzicht. Erg gaaf om de ‘wortels’ van mijn favoriete drankje in het echt te zien! Daarna vertelt hij meer over thee, zodat we nu o.a. weten dat voor elke soort thee (witte, groene en zwarte thee) dezelfde theeplant wordt gebruikt. Het verschil in ‘kleur’ heeft te maken met het wel of niet fermenteren van de thee in de fabriek en welk deel van de plant wordt geplukt. Voor witte thee bijvoorbeeld worden alleen nog niet uitgekomen blaadjes gebruikt. Daarna worden de blaadjes kort gedroogd. Deze thee is erg duur, want hij moet met de hand geplukt worden en op het juiste moment (voordat het blaadje zich uitrolt). Groene thee wordt ook met de hand geplukt en daarna in de fabriek gedroogd. Zwarte thee wordt meestal machinaal geplukt en daarna in de fabriek gedroogd en gefermenteerd, waardoor de theeblaadjes zwart worden. Voor meer informatie over thee kun je terecht bij wikipedia.







Na de uitleg over thee stappen we weer in de Landrover Defender en worden we naar de top van Gunung Batu Brinchang gereden. Deze berg is 2031 meter hoog. De gids wandelt hier met ons door Mossy Forest. Dit is een regenwoud dat grotendeels gevoed wordt door de vele laaghangende bewolking. De gids laat ons zien dat dit bos begint met een laag mos en dat daar langzaam grotere planten in en op groeien. Terwijl we door het bos klauteren en strompelen (de grond is zo ontzettend zacht en modderig doordat de ondergrond is opgebouwd uit compost….) zien we overal mos. Op de grond, op de boomstammen, aan de boomtakken. Het geeft een mysterieus sfeertje. Onze camera is hier een stuk minder blij mee, want hij besluit dat het te vochtig is en houdt ermee op. Pas aan het einde van de middag (vele uren na het wandelen) vindt de camera dat hij wel weer gebruikt kan worden… We begonnen al te wanhopen dat we een nieuwe camera zouden moeten kopen. Via de weg lopen we het kleine stukje verder naar de top terwijl de gids de auto verder naar boven rijdt. Het is mistig en het uitzicht is onvindbaar. Jammer!






We rijden terug langs de theeplantage en we gaan naar de theefabriek. We krijgen een korte rondleiding door de fabriek en krijgen daarna tijd om zelf thee te drinken. Dat doen we met een lekker stuk taart op het terras met uitzicht op de theevelden. Een mooie plek om even te zitten!










De rest van het groepje toeristen heeft gekozen voor een dagtoer in de omgeving. Voordat wij worden afgezet bij Father’s Guest House stoppen we bij de butterfly farm. Buiten in de tuin zitten allerlei reptielen en insecten in kooien. Binnen vliegen veel grote vlinders. Zo te zien worden er ook vlinders losgelaten die in het wild gevangen zijn. Er is een medewerker bezig om een soort enveloppen uit te schudden waar dan een vlinder uit komt vallen. Raar om te zien!


