Zondag 31 maart 2019
De wekker ging vanmorgen om kwart over drie af. Afgelopen nacht is de zomertijd ingegaan en we waren een beetje bezorgd of onze telefoons dit automatisch zouden aanpassen. Daarom vroegen we gisteravond bij de receptie of ze ons een wake-up-call wilden geven. Dat zijn ze vergeten…, maar onze wekkers deden het gelukkig wel goed. Ons vliegtuig vertrekt om 6.55 uur. De eerste shuttlebus vertrekt om 4 uur. Bijna een half uur later staan we op het vliegveld. We checken onze grote rugzak in en gaan de douane door. Bij een koffietentje gaan we eerst maar eens ontbijten.


We vliegen met Ryanair. Toen we onze vliegtickets gingen boeken wisten we niet dat Ryanair ook naar Jordanië vloog, maar daar kwamen we bij toeval achter. Ik zag een advertentie in de krant over een groepsreis naar Jordanië en daar stond het logo van Ryanair bij. Even googlen leerde ons dat Ryanair vanaf Brussel vliegt èn een van de weinige vliegtuigmaatschappijen is die rechtstreeks naar Amman vliegt. Voor iets meer dan 600 euro hebben we twee retourtickets geboekt. Het vliegtuig vertrekt op tijd en 4 uur en 40 minuten later landen we in Jordanië.


Voor vertrek hebben we een Jordan Pass gekocht. Hiermee hoef je geen geld te betalen voor je visum (anders 40 JD). Verder krijg je met deze pas toegang tot veel bezienswaardigheden. Wij kozen voor de Jordan Explorer-versie zodat we twee dagen toegang hebben tot Petra. Deze pas kost 75 JD per persoon. Daarbij kochten we met korting (8 JD i.p.v. 12 JD) toegang tot Bethany Beyond the Jordan (Baptism Site), de plek waar Jezus Christus gedoopt is. De Jordan Pass is een goede investering voor een vakantie in Jordanië.
We hoeven op het vliegveld niet lang te wachten tot we onze bagage hebben. Dan gaan we op zoek naar de balie van Avis om onze huurauto op te halen. Niet veel later rijden we met een stoffige auto de weg op. De autogordel aan de passagierskant rolt niet meer op en de ophanging van de auto kraakt. We hebben wel eens een betere huurauto gehad… Het is even wennen aan het rijden in Jordanië. Het is niet druk op de weg, maar het wegdek is vrij slecht en je moet regelmatig gaten ontwijken.

We rijden vandaag een heel eind naar het zuiden, naar Wadi Musa, zodat we de komende twee dagen Petra kunnen bezoeken. Vanaf het vliegveld is het bijna 200 kilometer rijden naar Shobak. We gaan hier het kasteel bekijken. Na zo’n 2,5 uur rijden zijn we bij Shobak. Op de weg naar het kasteel komen we langs het kleinste hotel ter wereld. In deze Volkswagen Kever kun je sinds 2011 overnachten met 2 personen.

We rijden nog een paar kilometer verder, de berg op en komen bij de parkeerplaats van het kasteel. Het is koud buiten, zo’n 9 graden volgens mijn weerapp. De lucht is erg donker en als we het terrein van de kasteel oplopen begint het in de verte te onweren. Niet echt fijn weer als je boven op een berg bent. Met onze Jordan Pass mogen we gratis naar binnen (anders 1 JD).
Shobak Castle (of Mont Real) is gebouwd in 1115 door de kruisvaderskoning Baldwin I. Het kasteel is meerdere keren belegerd en in 1189 werden de kruisvaders verslagen door het leger van Saladin (Salah ad Din), na een belegering van 18 maanden. In de 14e eeuw werd het kasteel bewoond door de Mammelukken. De Mammelukken waren van oorsprong slaven en werden getraind voor militaire dienst. Ze kregen steeds meer macht totdat het Mammelukse rijk in de 16e eeuw werd verslagen door de Ottomanen.
Het gebouw is inmiddels een ruïne, maar met een beetje fantasie valt er genoeg te zien. Het kasteel ligt op een berg met volop uitzicht. Het is goed te begrijpen waarom de kruisvaders hier een kasteel wilden bouwen. We dwalen door de ruïne en genieten van het uitzicht.





Na ons bezoek aan het kasteel van Shobak rijden we verder naar Wadi Musa. Het is nog zo’n 45 minuten rijden. Onderweg begint het te regenen, maar dat gaat al snel over in hagel en natte sneeuw. Het verkeer rijdt steeds langzamer en de weg wordt bedekt door een laag natte sneeuw. Langs de weg staan mensen het weer te filmen. We zien sneeuwschuivers rijden. Wat een bizar weer. Op het filmpje hieronder zie (en hoor) je de hagel…
De sneeuwbui houdt op een gegeven moment op en als we bij Wadi Musa komen is het weer droog. Google Maps stuurt ons dwars door de stad langs ontzettend steile wegen naar beneden. Wadi Musa is een stadje met 18.000 inwoners en het ligt op 1150 meter hoogte. De komende twee nachten slapen we in het Silk Road Hotel. Het is koud in het hotel en we zitten de airco lekker warm. Het hotel ziet er wat oud uit, maar we zitten wel op loopafstand van de ingang van Petra.
’s Avonds gaan we eten bij een restaurant vlakbij, My Mom’s Recipe. Het restaurant is ingericht als een Bedouin tent met rode geweven doeken. Ziet er gezellig uit. In de zomer kun je op het dakterras eten, maar daar is het nu veel te koud voor. We bestellen mensaf (een traditioneel lamsgerecht met rijst) en kofta met frietjes. We krijgen een mandje met flatbread en daarbij een bordje met olijfolie en een bordje met een kruidenmengsel. De ober vertelt ons dat we een stukje brood eerst in de olijfolie moeten dippen en daarna in het kruidenmengsel. Het smaakt heerlijk! De mensaf vinden we wat saai van smaak, maar de kofta smaakt goed.


